Fenna de Jong maakte deze zomer, mede vanwege reisafstand, de overstap van DOS’46 naar Oost-Arnhem. Bij laatstgenoemde club herstelde ze van een hardnekkige blessure aan haar achillespees. Nu is De Jong weer helemaal fit en wil ze dolgraag weer wedstrijden spelen zodra dat kan.
“Dat we aan het begin van de coronacrisis niet konden spelen, kwam mij wel redelijk goed uit. Ik had nog even nodig om te herstellen. Maar nu ik fit ben, knaagt het heel erg dat we geen wedstrijden kunnen spelen. Natuurlijk is fit zijn en trainen fijn, maar ik wil zó graag weer wedstrijden spelen. Juist omdat ik dat lang niet heb gedaan”, zegt De Jong.
De trainingen bij Korfbal Leagueclub Oost-Arnhem zijn ook niet vervelend. “We hebben best gevarieerde trainingen. We doen schotspelletjes, maar zijn ook veel bezig met conditie en kracht. Dat houdt het wel leuk. De sfeer is dan ook goed. Maar natuurlijk merk je aan iedereen dat je dolgraag de volgende stap wil zetten.”
“Op het veld was het de bedoeling dat ik de laatste stap in mijn herstel zou zetten. We hebben het opgebouwd per wedstrijd, totdat ik op driekwart wedstrijd zat. Toen werd alles weer stilgelegd vanwege corona. Ik heb dus nog geen hele wedstrijd gespeeld. Toch voel ik me volledig fit. Ik ben er klaar voor!”
Dag des onheils
De dag des onheils ligt inmiddels ver achter De Jong. “Op 2 november 2019 scheurde ik mijn achillespees af, op 4 november werd ik geopereerd. Ik heb twee weken met een spalk gelopen en heb weer goed moeten leren lopen. Daarna kon ik op krukken weer enigszins lopen, maar kreeg ik een tegenslag in de vorm van trombose. Ik moest vervolgens veel kracht opbouwen: ik was vier (!) centimeter omvang van mijn kuit kwijt.”
“Ik heb eigenlijk altijd gezegd: als ik een heftige blessure krijg, dan stop ik ermee. Maar in mijn hoofd ging dat anders. Ik dacht aan de sfeer en spanning rondom wedstrijden. Dat wilde ik gewoon nog niet missen.”
“Omdat ik lang onderweg was naar een training bij DOS’46, moest ik wel een keuze maken, waar ik zou gaan spelen. Dat is Oost-Arnhem geworden. Qua afstand is dat veel beter, maar het deed wel veel pijn. DOS’46 is echt als een familie. En ik moest daar afscheid van nemen. Ik heb aardig wat traantjes weggepinkt.”
Opeens in de Korfbal League
Toen de speelster naar Arnhem vertrok, dacht ze nog dat de club uit zou komen in de Hoofdklasse. “Ja, dat was wel gek. Het was eigenlijk de bedoeling dat ik wat lager zou gaan spelen. Maar dit is eigenlijk nog mooier. Het is heel gek hoe we in de Korfbal League zijn beland, maar ik vind het ontzettend gaaf. Ik hoop dat we snel voor een volle hal op het hoogste niveau kunnen spelen.”
“We hebben een selectie die het veel ploegen lastig kunnen maken. Met Senna van den Bos, Jasper Broenink en ik erbij, hebben we denk ik ook genoeg ervaring in de selectie. Ik moet het nog maar eens zien of wij echt de gedoodverfde degradatiekandidaat zijn. Ook omdat niet veel ploegen weten hoe wij spelen. Maar natuurlijk, als we weer van start gaan, wordt het heel erg lastig in de Korfbal League. Maar het is wel een prachtige uitdaging!”
Archieffoto: Marco Spelten, Korfbalfoto.nl